Wat is je functie en met welk vakgebied/onderzoek houd je je bezig?
Sinds het afronden van een dubbele master – een onderzoeksmaster (DasCa) en Klinische Kind- en Jeugdpsychologie (CCAP) – combineer ik mijn interesse in onderzoek en de forensische praktijk als junior onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam en als gedragswetenschapper bij RJJI De Hartelborgt. Ik vind het belangrijk om bij te dragen aan kennisontwikkeling en innovaties binnen de forensische jeugdzorg, waar duurzame gedragsverandering vaak lastig te realiseren is door de complexe problematiek van deze doelgroep.
Ik ben in 2022 begonnen als junior onderzoeker, onder begeleiding van Hanneke Creemers, bij de vakgroep Forensische Orthopedagogiek aan de Universiteit van Amsterdam. Hier heb ik meegewerkt aan het Virtual Reality-project What’s Up?, waarin een VR-assessment werd doorontwikkeld en geïmplementeerd binnen de forensische jeugdsector. Momenteel doen we onderzoek naar behandelmotivatie bij jongeren en ouders in een forensische behandelsetting.
Wat houdt je KFZ-Jeugd project in?
Ons KFZ-Jeugd project, Motiv8, richt zich op de ontwikkeling van behandelmotivatie over tijd bij jongeren en ouders in de forensische jeugdzorg en de factoren die hierop van invloed zijn. Hoewel behandelmotivatie van belang is om jongeren en ouders effectief te kunnen behandelen, is de aanwezigheid hiervan niet vanzelfsprekend, zeker niet in de forensische jeugdzorg.
Samen met FC Teylingereind en Universiteit Utrecht hebben we twee deelstudies opgezet. In de eerste deelstudie volgen we jongeren en hun ouders die deelnemen aan een MDFT-traject bij Teylingereind. We richten ons hierbij op twee verschillende groepen: jongeren die preventief gehecht zijn en de overgang maken van intramurale naar ambulante behandeling (MDFT), en jongeren met een PIJ-maatregel die intramuraal MDFT volgen. Gedurende 7 tot 9 maanden brengen we hun behandelmotivatie in kaart via wekelijkse vragenlijsten en gesprekken, zowel voorafgaand aan als tijdens de behandeling.
De tweede deelstudie richt zich op de ervaringen van behandelaars met verschillende interventies die (ook) in JJI’s gegeven worden, zoals MDFT, CGT, schematherapie, PMT en vaktherapie. In gesprekken onderzoeken we hoe zij de ontwikkeling en bevordering van behandelmotivatie ervaren bij jongeren en ouders in de forensische zorg.
Wat hoop je te bereiken met je project en wat kan het veld met dit onderzoek?
Met ons project willen we meer inzicht krijgen in hoe behandelmotivatie zich ontwikkelt bij jongeren in de forensische jeugdzorg en welke factoren – zoals cliëntkenmerken, relaties en context – hierop van invloed zijn. Behandelmotivatie is dynamisch en verandert gedurende de tijd. Toch wordt motivatie in veel studies slechts op één moment gemeten, waardoor we onvoldoende zicht krijgen op de dynamiek en onderliggende processen. Door behandelmotivatie op meerdere momenten en overgangen (o.a. transmuraal bij preventief gehechte jeugdigen) in kaart te brengen, hopen we beter te begrijpen hoe motivatie fluctueert en wat hierbij een rol speelt.
Met de resultaten van beide deelstudies hopen we concrete aanbevelingen te formuleren die behandelaars ondersteunen bij het bevorderen en behouden van motivatie gedurende het behandeltraject.
Een leuk feitje over ons project
We nemen de vragenlijsten af bij 16 jongeren, hun ouders én hun behandelaars, met 15 tot 20 meetmomenten per persoon. Dat komt neer op maar liefst 720 tot 960 vragenlijsten in totaal – een flinke stapel, maar het levert waardevolle inzichten op in de ontwikkeling van behandelmotivatie!