De RS-J is een screeningsinstrument om het risico op gewelddadig en niet-gewelddadig crimineel gedrag onder jongeren en jongvolwassenen globaal in kaart te brengen. Daar waar uitgebreide risicotaxatie niet tot de mogelijkheden behoort, kan de RS-J een eerste inzicht bieden in (het risico op) crimineel gedrag van de jongere. De RS-J is geen risicotaxatie instrument, maar een risicoscreener en levert een eerste indruk op van de belangrijkste risico- en beschermende factoren voor de jongere.
De ontwikkeling en implementatie van de RS-J met ondersteuning van KFZ-J kan worden gezien als een voorbeeld van hoe KFZ-J projecten kunnen verlopen: Ontwikkeling, Verkenning van de mogelijkheden tot implementatie, en vervolgens implementatie in meerdere instellingen.
Ontwikkeling
Het initiatief tot de ontwikkeling van de RS-J is genomen omdat er een grote groep jongeren bleek te zijn waar geen volledige risicotaxatie mogelijk was. Dit zijn jongeren die ofwel kort verbleven in een intramurale setting of verbleven in een setting waar er simpelweg geen middelen waren om een volledige risicotaxatie te doen. Binnen de ontwikkeling van de RS-J is ook een retrospectieve validatie studie uitgevoerd. Ook zijn een RS-J Zelfbeoordeling (jongerenversie) en een RS-J Netwerkbeoordeling ontwikkeld. Hiermee kan de jongere zelf en zijn netwerk ook een inschatting maken van de risico en beschermende factoren van de jongere.
Verkenning implementatie
Na de ontwikkeling van de RS-J heeft er een verkenning van de mogelijkheden tot implementatie en verdere validatie binnen de forensische jeugdzorg plaatsgevonden. Hiertoe hebben er interviews met professionals en managers in vijf settingen plaatsgevonden: Justitiële Jeugdinrichtingen (JJI), Kleinschalige Voorzieningen (KV), ambulante behandeling, Jeugdreclassering en Raad voor de Kinderbescherming (RvdK). Op basis van deze verkenning is geconcludeerd dat de ambulante setting op dat moment het meest geschikt was voor implementatie en prospectieve validatie.
Implementatie en prospectieve validatie
De RS-J is geïmplementeerd in drie organisaties die ieder een specifieke vorm van interventie bieden aan jongeren met probleemgedrag. Bij de implementatie is rekening gehouden met de werkwijze en voorkeuren van elk van de instellingen. Dat heeft geleid tot een eigenwijze implementatie bij iedere instelling. De drie versies van de RS-J (de professionele versie, de zelfbeoordeling en de netwerkversie) zijn bij de implementatie gebruikt. Het viel op dat jongeren hun eigen dynamische risico- en beschermende factoren doorgaans positiever beoordelen in vergelijking met de professionals.